Hoera, hoera, er is bijna witte rook aangekondigd voor de opvolging (van de directie) bij onze federale energieregulator Creg. De kandidaten of moeten we zeggen de doorgeverfde favorieten worden al vlotjes vermeld in diverse kranten alvorens er nog maar over beslist is in de regering.
Zo gaat dat in België, net zoals in de Middeleeuwen in Rome (en nu nog trouwens) wanneer er een nieuwe paus werd gekozen die vooral de juiste contacten moest hebben en waarvan de kwaliteiten van tweede belang waren. Het is zeker niet alleen daar dat men dergelijke show opvoert, maar ook in de andere zuidelijke landen van Europa vindt men deze feodale praktijken nog terug.
Dat de Franstalige socialisten het oude spel van benoemingen nog steeds fantastisch goed beheersen is voor niemand een verrassing, maar de manier waarop alle andere partijen in de regering ernaar kijken en niks doen maakt ze even schuldig. De manier waarop bijvoorbeeld een van de ministers reageert is gewoon triest. Hij zegt tussen de regels: Ach ik weet wel dat hier de oude cultuur van politieke benoemingen speelt, maar ja dat is nu eenmaal de prijs om aan de macht te mogen blijven.
De grote voorvechter van de consument onthoofdt mee het belangrijkste orgaan in een vrije energiemarkt zijnde de regulator. Mocht het ergste bewaarheid worden dan gaan we de komende zes jaar naar een volledig status quo en dat op een moment dat belangrijke dossiers en investeringen wachten.
En toch moeten de marktspelers hun weg zien te vinden en kunnen de regionale regulatoren wellicht enigszins de rol van de Creg gaan overnemen (de distributietarieven bijvoorbeeld gaan toch over naar de regio's in afzienbare tijd) mocht dit nodig zijn.
Deze regionale regulatoren zoals de Vreg en Cwape hebben nu ook een pak ervaring opgebouwd die ze ten gunste van onze industrie en zijn klanten kunnen aanwenden. Bijvoorbeeld door het aanzwengelen (of toch ondersteunen) van investeringen of toch het kader scheppen om dit te kunnen doen. Het uitblijven van bijvoorbeeld een ondersteuningskader voor groen gas zou een van de eerste punten kunnen zijn.
Ook voor de regionale regeringen is dit een kans om investeringen in hun regio aan te trekken, niet vergeten dat de energiesector een is met grote potentiële groei (zowel door de noodzaak om onze oude centrales te vervangen, maar vooral door nieuwe innovatieve technieken zoals slimme netwerken, duurzame energie (en opslag) en energie-efficiëntie). Bijvoorbeeld in Vlaanderen nu eindelijk daadkracht tonen door de omslachtige vergunningsprocedure bij een loket onder te brengen.
Dat deze federale regering dit jaar al aan zijn laatste jaar begint is voor het energiebeleid een goede zaak, want sinds zijn aantreden is er nog geen begin gemaakt van een duidelijk energiebeleid. Het zal dus bang afwachten zijn of een volgende regering (met meer slagkracht of toch ten minste meer daadkracht) het belang zal inzien van onze sector. Het is dan ook jammer dat een mogelijke verlamming van onze federale regulator nog bijna vijf jaar gaat doorwerken in een volgende regering (de benoemingen zijn voor een periode van zes jaar).
De regering mag zich trouwens verwachten aan een mogelijk spervuur vanuit verschillende kanten, de media, de sector, Europese bevoegde instanties en wellicht zelfs van belangen organisaties als Testaankoop, Voka, VBO die samen hun stem zullen uitbrengen en mogelijk hun ongenoegen uitten over de mogelijke aanstaande coma van onze federale regulator.